Sommige bestemmingen kies je niet per toeval. Vallée du Loir is zo’n bestemming. Deze eenvoudige, authentieke streek op nauwelijks 40 km ten noorden van de beroemde Loirevallei ligt ver van de platgetreden paden en heeft heel wat te bieden. Magisch licht, adembenemende landschappen, streekgerechten, eindeloze wijnranken… We onthullen 7 geheime geheimen:
Geheimtip 1: De kastelen van de Vallée du Loir.
Het schitterende kasteel van Le Lude is een getuigenis van 4 eeuwen Franse architectuur. Dit kasteel hoeft helemaal niet onder te doen voor de beroemde kastelen meer in het zuiden. Al even stijlvol zijn het kasteel van Baugé of dat van Bazouges, beide ook in witte natuursteen opgetrokken.
Geheimtip 2: De AOC-wijnen Jasnières en Coteaux de Loir.
Proef je de zon. Als je de Loirevallei achter je laat, gaat een nieuwe wereld voor je open: in de vallée du Loir bestaan er nog kleine wijngaarden dankzij het talent van enkele wijnboeren die gehecht zijn aan hun grond. Ontdek deze wijnstreek zoals je zelf wilt: met een bezoek aan de wijnkelders met het label ‘Caves Touristiques’, een tocht langs de fietslussen doorheen de wijngaarden of een van de bekende wandel- en fietstochten ‘Vignes, Vins Randos’, elke 1ste zaterdag van september, die volledig in het teken staan van de wijn.
Geheimtip 3: De mythische restaurants en cafés van de 24 uur van Le Mans.
In La Chartre-sur-le-Loir is Hôtel de France een pas gerenoveerd landelijk hotel, dat een Britse sfeer uitademt. Heel wat beroemdheden kwamen er over de vloer, zoals de Kennedy’s, Steve Mac Queen, Franse presidenten … Vroeger weerklonk over de 40 kilometer tussen Hôtel de France en Le Mans het lawaai van de raceauto’s. Tegenwoordig is Hôtel de France volledig heruitgevonden: het is het adres in de Vallée du Loir om zich te herbronnen en culinair te laten verwennen. Een charmehotel!
Geheimtip 4: Zoo de La Flèche
Een van de mooiste dierenparken van Europa. Hier wonen 1500 dieren, waarvan sommige tot de meest zeldzame soorten op aarde behoren. De natuurlijke omgeving draagt bij tot het welzijn van de dieren en maakt van dit park een wondermooie plek. Hier wordt je droom werkelijkheid: je kunt er een ongewone nacht doorbrengen in de Safari Lodge en slapen in een originele chalet met zicht op een ijs- of grizzlybeer, of witte wolven!
Geheimtip 5: Schitterende tuinen.
De tuin van Fontaine Blineau is geïnspireerd op de Engelse tuinen en onderverdeeld in verschillende ruimtes met grappige namen (‘Qui s’y frotte s’y pique’…). De gesloten tuin van de Prieuré de Vauboin is dan weer in een totaal andere stijl aangelegd aan de voet van een heuvel. Met zijn eeuwenoude buxussen, klooster en labyrint hangt er een spirituele sfeer. In de tuin van het kasteel van Poncé, geklasseerd als ‘Jardin remarquable’, komt je als bezoeker terecht in een wereld vol symmetrie, eigen aan de Franse tuinen. Wil je graag zelf zo’n stukje droomtuin, ga dan begin juni naar het weekend van de tuiniers in het kasteel van Le Lude.
Geheimtip 6: Sterrenrestaurant.
Stap eens uit je dagelijkse routine en verras je smaakpapillen in het restaurant ‘Le Moulin des Quatre saisons’, aan de oever van de Loir. Een vaste waarde, want de kookkunsten die de talentvolle Camille Constantin in dit 16de-eeuwse gebouw uit zijn mouw tovert, zijn bekroond met een eerste ster in de Michelingids. In je bord ontdek je een smaakvolle en gedurfde keuken, met zowel tijdloze klassiekers die rimpelloos de tand des tijds doorstaan als bekende gerechten die in een modern jasje zijn gestoken.
Geheimtip 7: Het bos van Bercé.
Een van de mooiste van Frankrijk, is geklasseerd als ‘Forêt d’Exception’. Het strekt zich uit over 5400 hectare. De eiken en naaldbomen groeien op een uitgestrekt plateau hoog boven de Vallée du Loir, tussen Tours en Le Mans. Dit overblijfsel van het reusachtige Gallische woud van de Carnutes staat bekend om zijn eiken van honderden jaren oud, beekjes, bronnen en mooie paden. Een ideale omgeving om te wandelen, te paardrijden of te mountainbiken.