tado°, Europees nummer 1 voor intelligent indoorklimaatbeheer, stelt in een nieuw onderzoek vast dat de Belgen hun verwarming aan het eind van de zomer weer inschakelen zodra de buitentemperatuur onder 14°C daalt. Niet alle Belgen hebben dezelfde weerstand tegen de kou. Terwijl inwoners aan de kust een beetje “killer” lijken te zijn – in Knokke werd de verwarming aangezet bij een buitentemperatuur van 15°C en in Oostende gemiddeld vanaf 14,7°C – in de Ardennen zijn mensen gewend aan strenge winters en zijn ze daarom iets resistenter, waardoor ze hun verwarming pas bij 13,3°C aanzetten.
Vanaf de derde week van september hadden bijna 91% van de Belgen hun verwarming al eens in gang gezet (in het zuidelijke landsgedeelte was dat slechts 86%). In de woningen werd de temperatuur dan gemiddeld naar 21°C opgedreven. Ook in de meeste buurlanden werd op dat moment opnieuw gestookt. Géén verrassing is het feit dat de meeste landen in Zuid-Europa – Italië, Spanje of Portugal – nog tot eind september hebben geprofiteerd van een zachte indian summer. De Belgen verwarmen hun woningen minder intensief dan hun Europese buren van Noorwegen tot Spanje.
Zo berekende tado° dat de temperatuur in de Belgische woonkamers in 2018 gemiddeld 22,1°C bedroeg, tegenover 22°C in Duitsland en Nederland, 22,5°C in Frankrijk en Zweden, en zelfs 23°C in Spanje, Italië en Noorwegen.
1°C verandert alles
De helft van het energieverbruik binnen de Europese Unie gaat naar verwarming en airco in gebouwen en op industriële sites. In de residentiële sector wordt meer dan drie kwart van het energieverbruik besteed aan verwarming en de productie van warm water. Volgens onderzoek van Energy Saving Trust kan een gezin zijn jaarlijkse energiefactuur met 90 euro verlagen door de verwarming 1°C lager in te stellen. En dankzij intelligente thermostaten kan men tot 33% besparen door woningen en ruimtes alleen te verwarmen wanneer er echt iemand verblijft.