Door in onze voorsteden niet alleen klassieke, maar ook nieuwe vervoersmodi aan te bieden, onder meer zogenaamde ‘shared on-demand’ rides, kunnen we het fileleed in ons land verminderen. Willen we de steeds strakkere mobiliteitsknoop helemaal ontwarren, moeten we vanuit multimodale hubs ook aparte rijbanen voorzien die doorheen deze voorsteden lopen en ze verbinden met de omgeving. Dat stelt de gerenommeerde professor Urbanisatie Alexander D’Hooghe (MIT) voor in een nieuwe mobiliteitsstudie, waarin hij Brussel en Antwerpen onder de loep neemt. Zo zijn er verschillende hubs nodig in het noorden van onze hoofdstad en in het noorden van de metropool. Volgende week wordt het onderzoek officieel voorgesteld aan beleidsmakers, architecten en projectontwikkelaars op de jaarlijkse vastgoedtop Realty in Knokke-Heist.
Het voorbije decennium heeft het fileleed op onze wegen een gigantische omvang aangenomen. In heel België staan we nu al met z’n allen meer dan één miljoen uren aan te schuiven. De economische schade is navenant. Zo schat de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) de kosten van verkeersopstoppingen op 1 à 2 procent van ons bruto binnenlands product (bbp). De meest voorzichtige inschatting gaat dus uit van een impact van 4,35 miljard euro verlies op jaarbasis. Inmiddels geven ook liefst zes op de tien buitenlandse bedrijven in ons land (61 procent) al aan dat de files bijkomende investeringen in België tegenhouden.
Het mag dus duidelijk zijn dat het dagelijkse fileleed stilaan als een molensteen rond de nek van ons land hangt. Professor Urbanisatie Alexander D’Hooghe, die in het verleden al het complexe Oosterweel-dossier uit het slop trok, is de voorbije maanden met z’n team nagegaan hoe we ons uit deze netelige situatie kunnen bevrijden.
Multimodale hubs
Vandaag zet het Vlaams beleid al voor een stuk in op multimodale hubs, met en zonder Park & Ride. Het gaat om moderne sites, vaak bij een bestaand trein- of metrostation, waar verschillende vervoersmogelijkheden samenkomen. Denk maar aan de klassieke bussen, metro’s en taxidiensten. Maar ook aan tal van nieuwe transportmodi zoals o.a. e-bikes, steps, e-hailing, en vooral gedeelde private shuttlediensten (shared on-demand services) die je met een app kan oproepen. Deze laatste komen uit de studie van D’Hooghe specifiek als een relevante oplossing in de Vlaamse context naar voor. Dit lijkt een goede optie, die ook een snelle uitrol verdient. Hubs geven aan een veelheid aan mobiliteitsaanbieders de kans om zich aan te bieden.
De studie suggereert daarnaast om op termijn ook nieuwe mogelijkheden zoals zelfrijdende (deel)wagens en bussen te implementeren. In de verre toekomst zouden zelfs luchttaxi’s tot de mogelijkheden kunnen behoren. Maar voor die laatste is het nog te vroeg om het werkelijke potentieel ervan te beoordelen.
Nieuwe woonmogelijkheden
De multimodale hubs moeten trouwens niet louter als zuivere mobiliteitspunten worden beschouwd. Zo kan je er bijvoorbeeld ook pakjesdiensten in onder brengen, waar je gedurende de hele dag postpakketten kan afhalen. Dan hoeven bestelwagens zich al weer minder te mengen in het woon-werkverkeer in de stad.
Daarnaast kunnen o.m. ook kledingwinkels, supermarkten, apotheken en crèches in de hubs een plaats krijgen. Dat opent dan weer perspectieven om rond en in de buurt van de multimodale hubs ruimte te voorzien voor nieuwe woonprojecten en/of reconversie. Zo verkort je voor vele Belgen het woon-werktraject nog een stuk verder, stelt de studie voor.